van vrouw tot vrouw
Van vrouw tot vrouw (2)
vorige
volgende
column 2007-1

Het was fijn om tegen jou te praten vorige week. Als je het goed vindt ga ik je iets vertellen. Ik had het toen al een beetje aangekondigd. Weet je, als je zoals ik van die stukjes schrijft en je zoals jij die stukjes leest, dan ontstaat er een beeld over de schrijfster. Dat gaat vanzelf. Aangezien het natuurlijk in deze column vorm eenrichtingsverkeer betreft, zou het kunnen dat er een vertekend beeld ontstaat. Die vrouw die kan verwoorden wat ik vaak voel, die vrouw die die herkenbare stukjes schrijft, die heeft het voor elkaar, dat kan niet missen. Het zou zomaar kunnen gebeuren dat je dat over mij denkt.
Plop!! Knap!! Daar gaat de luchtbel! De luchtbel van de illusie spat uiteen!!!
Zo is het helemaal niet, ik verschil helemaal niet van jou!! Het enige verschil is dat ik mijn zielenroerselen opschrijf en pontificaal in de krant neerzet. Ik ben hetzelfde als jij. Jij bent hetzelfde als ik. Alle stemmingen, alle toestanden, alle ups en downs, ik ken ze. Net als jij. Mijn werk brengt met zich mee dat ik veel over mensen nadenk, dat houdt onherroepelijk in dat je ook over jezelf nadenkt. Ik moet wel, ik zie immers iedereen als spiegel. Het feit dat ik dit stukje schrijf en jij niet, is van geen enkel belang. Het is een vorm van communicatie en in communicatie heb je een zender en een ontvanger. Ik zend een boodschap naar je uit. Als je wilt kun je die ontvangen. Als je wilt kun je een boodschap terugzenden. En dan bedoel ik nog niet eens een mailtje, al is het maar een gedachte: goh Martine, ja zo denk ik er ook over. Of: goh Martine, zo zie ik het helemaal niet. Of: goh Martine wat kun jij toch stom kletsen. Als je wilt kun je geen boodschap terugzenden. Het is aan jou.
Weet je, het opschrijven van mijn gedachten heeft voor mij een helend effect, ik moet het wel doen. Het ledigt mijn hersenpan.
Eigenlijk wil ik je iets vertellen. Ik bemerk dat ik het eng vind, meestal heb ik daar geen last van, maar nu wel. Toch ga ik het doen, ik wil eerlijk tegen je zijn. Dat ben ik altijd en daarom moet het nu ook. Onlangs ben ik een beetje te ver doorgegaan met mijn gedoe waardoor ik nu zogenaamd ‘overwerkt’ ben. Ja, dat verbaasd je vast, je had me misschien als ‘sterk’ persoon geboekstaafd. Ik hoop dat ik je niet te zeer teleur stel. Kijk, wat mij betreft hoeven al die labels niet. Ik vind het voor mij nogal dramatisch klinken. Overigens vind ik dat gek genoeg nu nooit als een ander dit etiket opgeplakt krijg. Ik vind dat het allemaal wel meevalt met mij. Maar ja. Ik moet dus nu verplicht rustiger aan doen en bovendien alleen nog maar doen wat ik leuk vind. Joepie!! Dat zou je kunnen denken, wat een heerlijk medicijn!!! Maar ja, ik vind het wel lastig. Ik ben gewend om altijd maar nuttige dingen te doen en moet daarvan afkicken.
Ben jij ook wel eens overwerkt geweest? O, dan weet je hoe het voelt, hè? Ja, moe, slecht slapen en zo. Gelukkig is er de Zusterschap. Overal doemen de Zusters op. Zomaar om me heen, en allemaal zeggen ze hetzelfde: nu moet je goed voor jezelf zorgen Martine, dat heb jij altijd tegen anderen gezegd. Nu ben jij aan de beurt. Zo begrijpend, zo warm! Zo fijn al die Zusters om mij heen!!
Martine Clausen, stralend overwerkt.


Heeft u vragen of wilt u reageren: klik hier